België: homo- en bi-mannen moeten nog even wachten om bloed te mogen doneren
Het Belgische Parlement heeft het levenslang verbod op bloeddonatie door homo- en biseksuele mannen opgeheven. Maar vanaf wanneer mannen die seks hebben met mannen (MSM) bloed mogen geven, dat staat nog niet vast.
De 'Wet van 11 augustus 2017 houdende diverse bepalingen inzake gezondheid' bepaalt dat MSM die bloed willen doneren twaalf maanden geen seks met een man mogen gehad hebben.
Koninklijk Besluit
Er ligt echter nog geen datum vast waarop MSM bloed mogen beginnen doneren. De regering moet eerst een Koninklijk Besluit (KB) goedkeuren en laten publiceren in het Belgisch Staatsblad.
De tekst van dit KB wordt momenteel onderzocht door de Privacycommissie en de Raad van State. Zij moet als bestuurscollege advies uitbrengen over wetsontwerpen. Hierbij gaat de Raad de kwaliteit van de ontwerpteksten na en controleert of de teksten niet strijdig zijn met de Belgische grondwet of andere hogere rechtsregels.
Het kabinet van minister van Volksgezondheid en Sociale Zaken Maggie De Block (Open Vld) weet niet wanneer de Privacycommissie en de Raad van State hun adviezen zullen publiceren.
Lange sperperiode
De sperperiode van twaalf maanden zonder homoseks is voor vele homo- en biseksuele mannen in België onrealistisch lang. Voor çavaria is de toekomstige regeling een begin. De Vlaamse LGBT-koepel hoopt dat deze termijn snel ingekort zal worden. Arc-en-Ciel Wallonie daarentegen wil naar het Grondwettelijk Hof trekken om deze wet aan te vechten.
"Het is de bedoeling om de toelatingsvoorwaarden periodiek te evalueren en desgewenst te herzien", klinkt het op het kabinet van de minister. "De eerste evaluatie zou plaatsvinden een jaar na de inwerkingtreding van de wet."
Unia
Ook het interfederaal gelijkekansencentrum Unia mengde zich in het debat. "De aanvaarding van bloeddonaties van mannen die ten minste twaalf maanden geen seksuele contacten met mannen hebben gehad, zou een zeer gering effect hebben op het aantal bijkomende donaties. In landen met een in verhouding laag niet-nalevingspercentage van de geschiktheidscriteria bleef het risico voor de ontvangers vrijwel onopspoorbaar", stelt het Unia in het rapport 'Bloeddonatie door mannen die seks hebben met mannen'.
Unia wijst er ook dat er bij de Hoge Raad voor Gezondheid geen animo is om het criterium 'MSM' weg te laten. Ook in monogame mannenrelaties is de prevalentie van hiv en hepatitis te hoog.
"Unia vindt de permanente uitsluiting van MSM voor bloeddonatie een discriminatie op grond van seksuele oriëntatie. Unia vindt het vervangen van de permanente uitsluiting voor MSM door een tijdelijke uitsluiting van twaalf maanden geen eindpunt maar een begin. Het opheffen van de permanente uitsluiting is een goede zaak; actueel onderzoek rechtvaardigt immers geen permanente uitsluiting meer."
Begrip voor frustratie
Unia begrijpt dat ook de nieuwe regelgeving voor veel mannen nog steeds aanvoelt als discriminatie. "De overgang van permanente uitsluiting naar een uitsluiting van twaalf maanden zal voor veel kandidaat- donoren in de praktijk geen enkel verschil maken. Een statistische benadering staat vaak haaks op de beleving van individuen, die bewust en oprecht bloed willen doneren maar hiervan uitgesloten worden."
Vanuit de bloedinstanties moet daar op een gepaste manier mee omgegaan worden om stigmatisering en een gevoel van discriminatie te vermijden, stelt Unia. "In een ideaal scenario gebeurt de uitsluiting van bloeddonoren enkel op basis van individueel seksueel risicogedrag. Op die manier vermijdt men elk gevoel van discriminatie. Dit kan wel enkel als de veiligheid van het donatiebloed gegarandeerd blijft. Maar ook economische argumenten (kostprijs, verzekerbaarheid...) kunnen een rol spelen."
2020?
Unia begrijpt dat de minister zeer voorzichtig is en de veiligheid van het bloed absoluut wil garanderen. "Volgens het advies van de Hoge Gezondheidsraad is een uitstelperiode van zes maanden een minimale veiligheidsmarge. Op basis van gericht bijkomend onderzoek is de kans groot dat een overgang naar een uitsluitingsperiode van zes maanden mogelijk is bij de eerste evaluatie van de nieuwe regels die voorzien is in 2020."
"De huidige maatregel is volgens Unia verdedigbaar op basis van de actuele stand van zaken van wetenschappelijk onderzoek. Er is immers onvoldoende onderzoek beschikbaar dat aantoont dat een kortere uitsluitingsperiode voor de groep MSM of een uitsluiting op basis van individueel risicogedrag mogelijk is zonder bijkomend risico voor de volksgezondheid."
Unia vraagt dat de minst uitsluitende aanpak gehanteerd wordt, rekening houdend met actueel wetenschappelijk onderzoek over epidemiologische gegevens, opsporingstechnieken, de werking van predonatielijsten en andere medische evoluties zoals het gebruik van Pre-Exposure Prophylaxis (PrEP) behandeling en het evenredigheidsprincipe.
Eigen verslaggeving