Scheidsrechter Robin Lefever na coming-out: “Hopelijk schaadt het mijn carrière niet”
Begin november 2019 was voetbalscheidsrechter Robin Lefever (30) plots een dag wereldberoemd in België. Want hij had in een lokale krant gezegd dat hij op mannen valt.
Heel moedig van de Oostendenaar, zeker als je weet dat er zo goed als geen topsporters zijn die hun coming-out (durven) doen. In de Belgische eerste voetbalklasse is er bij de mannen zelfs niemand openlijk homo. Nu de mediastorm gaan liggen is, laten we Robin opnieuw aan het woord. “Ik zou niet weten waarom een homo geen goede voetballer of scheidsrechter kan zijn”, zegt hij.
Robin, leg eens uit in welke voetbalklasse je scheidsrechter bent.
Robin Lefever: “Dat is momenteel in de eerste amateurklasse. Dat is het derde hoogste voetbalniveau in België, zeg maar de laatste stap voor professioneel voetbal.”
Speel je zelf nog voetbal?
“Nee, niet meer. Ik heb op het vierde hoogste niveau gespeeld en was ooit geselecteerd voor de beste ploeg van West-Vlaanderen, dus ik was zeker niet slecht, maar ik heb een keuze moeten maken en uiteindelijk ben ik voor een carrière als scheidsrechter gegaan.”
Jij lacht er dus waarschijnlijk mee als bijvoorbeeld trainers zoals Nederlander Frank de Boer durven beweren dat homo’s niet kunnen voetballen?
“Ja, natuurlijk! Ze denken dikwijls dat voetbal niet voor mietjes is of dat alleen ‘echte mannen’ daar van houden. En dan zien ze homo’s niet in dat plaatje passen. Ik zou niet weten waarom een homo geen goede voetballer kan zijn. Dat klopt totaal niet.”
Is scheidsrechter zijn je hoofdberoep?
“Nee, Ik run samen met mijn vriend 'Expo&Kafie', een ontbijt- en lunchbar in Oostende. Alles wat je in de zaak ziet staan, stoelen of tafels bijvoorbeeld, kan je kopen. Dat is van klein projectje gegroeid tot onze fulltime job. Gelukkig springen onze mama’s regelmatig in, want het is niet gemakkelijk om onze bar te combineren met matchen fluiten.”
Als je samen met je partner een zaak runt, dan moet je op privévlak toch al uit de kast geweest zijn. Had je dan een dubbelleven als scheidsrechter?
“Ja, misschien wel. Omdat ik lang gedacht heb dat mijn seksuele geaardheid mijn carrière kon beïnvloeden in negatieve zin. Hoe je het ook draait of keert, mensen bekijken je soms anders. Ik wil gewoon Robin de scheidsrechter zijn, niet Robin de homo die scheidsrechter is. Snap je?
Rond mijn twintigste ben ik uit de kast gekomen, maar eigenlijk ben je als scheidsrechter niet zo vaak in groep in de voetbalwereld. Waardoor ik het niet ter sprake moest brengen. Maar als iemand vroeg of ik een vriendinnetje had, dan antwoordde ik wel eerlijk dat ik een vriend had. Maar bij wijze van spreken in een groep naar voor stappen en zeggen ‘Hallo, ik ben homoseksueel’, nee, dat heb ik nooit gedaan.”
Begin november was dat nieuws daar ineens: je kwam publiekelijk uit de kast. Via welke manier heb je dat gedaan?
“Er is een bevriende journalist van de Krant van West-Vlaanderen langs geweest. Hij wou me interviewen over de handleiding tegen racisme en homofobie die in de voetbalwereld gelanceerd werd. Ik heb in dat gesprek niet letterlijk gezegd: ‘ik ben homo’, maar je kon het wel duidelijk afleiden uit het interview. Die journalist weet dat ik een vriend heb.
Toen hij me wou interviewen, vermoedde ik al dat het ook zou gaan over homoseksualiteit in het voetbal en mijn positie als scheidsrechter. Ik heb dan gebeld met de Belgische voetbalbond. Om te checken wat hun mening over dat interview was. Ze stonden daar meteen achter en vonden dat ik dat moest doen. Al waarschuwden ze mij uiteraard wel voor de gevolgen.”
Mijn vriend is zelf geen grote voetbalfan, maar vond wel dat ik moest doorzetten omdat mijn getuigenis belangrijk is voor de sport
Jouw coming-out was onmiddellijk groot nieuws.
“Dat was zot! Toen het artikel nog maar pas online stond op de site van die krant, kreeg ik al berichtjes via sociale media. Ik had nooit verwacht dat dat nieuws zich tot buiten Oostende ging verspreiden. (lacht) Het was nationaal nieuws. Radio 2 heeft me zelfs op de radio gebracht. Vanaf dan is het nog een versnelling hoger geschakeld. Met artikels op VRT NWS en Het Laatste Nieuws. Waanzin!
Toen kwamen er nog berichten van collega’s, vrienden, supporters en van andere homo’s. Of van sporters die gestopt zijn met voetballen omdat ze homoseksueel zijn. Zelfs van homo’s in de scheepvaart, waar het ook hard kan zijn. Ik probeer te luisteren naar die verhalen en te zeggen dat ze positief moeten blijven.”
Heb je toen even gedacht: wat heb ik nu gedaan?
“Nee, ik heb er geen spijt van dat ik mijn verhaal gedaan heb, maar die hetze had ik helemaal niet verwacht. Dat was best zwaar. Gelukkig heeft mijn vriend mij gestimuleerd om mijn verhaal te vertellen. Hij is zelf geen grote voetbalfan, maar vond wel dat ik moest doorzetten omdat mijn getuigenis belangrijk is voor de sport.”
Je zegt dat je geen negatieve reacties hebt gekregen, maar ik kan dat moeilijk geloven in de voetbalwereld.
“Wel … Sinds mijn coming-out zijn we natuurlijk al enkele wedstrijden verder. Dus ik heb al gemerkt dat er vanuit het publiek in de tribune toch reactie komt. Iedereen weet er precies van en dan is er altijd wel iemand voor wie het plezant is om zo’n flauwe, homofobe opmerking te roepen. Of een voetballer die me een sneer gaf door te zeggen dat ik nu toch wel genoeg in de media ben geweest.”
Is de voetbalwereld erg homofoob?
(denkt na) “Een beetje.”
Je twijfelt?
“Ja. De cijfers en reacties liegen er uiteindelijk niet om. Ik geef toe dat er homofobie aanwezig is.”
Hoe is het om nu ref op het veld te zijn?
“Ik ga niet met schrik naar een wedstrijd. Als scheidsrechter krijg je veel naar je hoofd geslingerd, homo of niet. Het is een moeilijke job, zeker in tijden waarin alles blijkbaar kan en mag gezegd worden. Je kweekt een dik vel. Maar als ze persoonlijk worden en mij willen raken, dan ga ik zeker en vast reageren. Naar spelers toe doe je dat mondeling of desnoods met een gele of rode kaart.”
Het zijn vaak de supporters die van uit de tribune lelijke dingen roepen.
“Ik las onlangs een interview met een advocaat (Walter Damen, red.) en hij zei dat het net belangrijk is dat supporters hun frustraties vanop de tribune er kunnen uitgooien. Als zo een bekende advocaat zoiets gaat zeggen, dan gaat het de verkeerde kant uit.
Want je staat daar machteloos tegenover. Het is onmogelijk om dat allemaal te gaan controleren en overzien. Het is al moeilijk om vuurwerk uit stadions te weren. Je kan pas over gaan tot actie als bijvoorbeeld het hele stadion iets kwetsend roept. Gelukkig merk ik dat het maar om enkelingen gaat hoor.”
Als scheidsrechter kweek je een dik vel, en als homo doe je dat eigenlijk ook
Was je eigenlijk openlijk homoseksueel toen je nog in een voetbalploeg zat?
“Nee, absoluut niet. Puur uit schrik voor de reacties van mijn ploegmaten. Dan ben je de vreemde eend in de bijt. Of omdat het je carrière als voetballer zou kunnen schaden.”
Denk je dat nog steeds?
“Het is gevaarlijk om daar al iets over te zeggen. Ik weet het niet, hopelijk niet natuurlijk. Eigenlijk jammer dat ik het niet met zekerheid kan zeggen. Binnen de voetbalbond worden daar geen problemen van gemaakt. Oké, ik heb misschien een risico genomen, maar het zou geen rol mogen spelen. Het is niet dat ik ineens een slechte scheidsrechter ben geworden.”
Want je ambitie is waarschijnlijk om in de hoogste klasse wedstrijden te fluiten?
“Klopt, dat is mijn doel. Al besef ik wel dat je in die klasse veel meer in de kijker loopt. Ik hoor het supporters al zeggen: ‘ha, kijk, hij heeft een slechte wedstrijd gefloten en het is een homo’. Ik denk dat die link jammer genoeg gelegd gaat worden. Ik ben er gelukkig tegen gewapend. Zoals ik al zei: als scheidsrechter kweek je een dik vel, en als homo doe je dat eigenlijk ook. Want het is niet altijd gemakkelijk voor holebi’s.”
Doet de sportwereld genoeg om komaf te maken met die vooroordelen?
“Met die handleiding heeft de voetbalbond een duidelijk signaal gegeven dat ze homofobie en racisme uit de sport willen. Maar ik vind dat campagnes moeten beginnen bij de jeugdploegen. Terwijl ze nu vooral lijken te focussen op de hogere geplaatste voetbalploegen. Je moet met de jeugd praten, maar ook met de ouders die langs de zijlijn staan te roepen. Dat zijn de toekomstige voetballers en supporters van morgen.”
In dat interview van november vertelde je dat je mee het taboe wil doorbreken. Hoe dan?
“Ik hoop dat mijn verhaal toch iets teweeg brengt, dat meer en meer spelers of scheidsrechters open zijn. Je moet kunnen zijn wie je bent. Homo of niet. Tuurlijk kan je een goede voetballer of scheidsrechter zijn. Je moet voetballen zonder angst om uitgescholden te worden. Het zou fijn zijn moest dat helemaal verdwijnen.”
Heb jij weet van voetballers of andere scheidsrechters die het niet durven opbiechten?
“Op het hoogste niveau ken ik niemand, daar hoor je niks over. Maar in de andere niveaus zijn er wel spelers uit de kast. En die zeggen dat de reacties best meevallen. Langs de andere kant ken ik scheidsrechters die met hetzelfde gevoel zitten, maar niet durven uitkomen voor hun seksuele geaardheid.”
Wat zou je willen zeggen tegen andere holebi’s in de sportwereld die dit interview lezen en het niet durven vertellen.
“Dat je er moet voor uitkomen, ook al is het een tweede coming-out. Dan pas gaat de acceptatie groter worden. Maar door bang in de kast te blijven zitten, ga je het taboe laten bestaan. We moeten het samen durven doen.”
Eigen verslaggeving