Kom uit je kot
In haar zoektocht naar de noodzaak van LGBT+-activisme in corona tijden, riep activist en schrijver Fleur Pierets de hulp in van gelijkgestemden. Het resultaat kan je lezen in haar artikel ‘Over Activisme’. De uitgebreide antwoorden van haar medestrijders kan je vanaf nu wekelijks lezen op ZIZO.
Deze week: Angelo Tijssens - Theatermaker, acteur en scenarioschrijver van ondermeer de film ‘Girl’:
Mijn man en ik staan elke dag om acht uur op ons balkon om te klappen. De eerste dagen was er niet zo gek veel volk. Het frustreerde ons zelfs een beetje. (Komaan, hoe moeilijk is dat nu? Doe gewoon het raam open – frisse lucht en zo- en klap een minuutje of wat in de handen.) Wij maakten lawaai en er was amper reactie. Tot eergisteren. De buurvrouw was ons voor wakkerde, gewapend met een deksel en een lepel het applaus aan. Enkele ramen gingen open en het applaus klonk door de straat. Ik gok dat een huis op de zes meedeed. Vanavond gaan we er weer staan, en we gaan weer een minuut lang onze dwangmatig gewassen handen ritmisch op elkaar kloppen, om al wie in de eerste linie staat, in de zorg, de distributie en andere openbare diensten, te danken. De kans is groot dat de buurvrouw er weer is met haar afwas en ik durf er donder op te zeggen dat er meer volk zal zijn dan gisteren. Om te klappen en te fluiten.
We kunnen zien hoe het fijn stof in de stad afneemt en horen hoe de merels meer lawaai maken dan de auto’s
Veel meer kunnen we niet doen. (Of ja, we kunnen bij de volgende verkiezen opnieuw op partijen stemmen die niet systematisch in de zorg besparingen gaan zoeken. We kunnen het intense digitale contact met onze ouders en familie fysiek onderhouden, ook als we weer allemaal aan het werk kunnen en van hot naar her gaan hossen. We kunnen dat lokaal kopen, dat over de muur met buren praten en random mensen op straat groeten blijven volhouden. We kunnen onze handen blijven wassen en thuis blijven als we ziek zijn. We kunnen zien hoe het fijn stof in de stad afneemt en horen hoe de merels meer lawaai maken dan de auto’s. We kunnen daar lessen uit trekken. We kunnen veel, omdat het moet en ik hoop dat we binnenkort ook veel kunnen omdat het kan. Want dat zijn we nu toch maar mooi aan het bewijzen.)
Een mens kan maar hopen dat deze crisis zware gevolgen zal hebben, in de positiefst mogelijk zin. Tegelijkertijd wordt het nu duidelijk dat het vangnet er niet voor iedereen is. Er slapen mensen op straat. Wij blijven allemaal plichtsgetrouw in ons kot terwijl mensen die geen kot hebben hun handen helemaal geen twintig seconden kunnen wassen. Diegene die op de vlucht voor oorlog, vervolging of wat dan ook, eindelijk hier zijn aangeland, kunnen zich niet aanmelden en bijgevolg is er voor hen ook geen kot. Geen bad, geen, bed, geen brood meer.
Ik kan proberen om hier, vanuit mijn kot, vanuit mijn quarantaine, mensen bewust te maken van het feit dat dat gebeurt en politici aanmanen om daar iets aan te doen
Er zijn kinderen die in een onaangename, problematische of zelfs ronduit gevaarlijke thuissituatie zitten en daar nu, in dat kot, zonder hulp of perspectief door een hel moeten gaan. Er zijn bejaarden die uit het raam staren, alleen hun boterhammen en hun soep eten, uit het raam staren en horen hoe aan de andere kant van de dunne muren mensen in het zorgcentrum sterven. Er zijn mensen met een ernstige verslavingsproblematiek die zichzelf in een coma zuipen, omdat er niemand in de buurt is.
Ik lijst het allemaal wat op, omdat het allemaal dingen zijn waar ik niets aan kan doen. Ik kan er op wijzen. Ik kan proberen om hier, vanuit mijn kot, vanuit mijn quarantaine, mensen bewust te maken van het feit dat dat gebeurt en politici aanmanen om daar iets aan te doen. Ik kan mijn vriend steunen die geld verzamelt om voor jonge LGBTQ+’ers die omwille van wat voor reden dan ook geen dak boven het hoofd hebben, zeep en tandpasta en wat kleren te kopen. Door die inzet, zijn er jonge mensen die na een bed ook hun zelfrespect terugvinden.
Ik kan me bewust zijn, tussen de hevige hoestbuien door, dat kennis delen en blijven informeren noodzakelijk is. Ik kan hier, in mijn bureau, terwijl ik schrijf aan nieuwe dingen, zeker zijn dat de wereld die ik vormgeef, er één is die er toe doet. Dat is uiteraard allemaal naïef, en nog geen klein beetje. Maar dat is kloppen op een potdeksel ook, verdomme.
Dus laten we dat doen, op potdeksels blijven kloppen? Tot heel de straat lawaai maakt?
-------------------------
ZIZO wil een bijdrage leveren aan het maatschappelijk debat over LGBTI+-thema’s. Daarom publiceren we regelmatig opinieteksten. Elke auteur schrijft in eigen naam of in die van hun/haar/zijn vereniging en is verantwoordelijk voor de inhoud van de tekst.
Eigen verslaggeving