opiniestuk
Stellen dat genderaanpassingen de nieuwe norm zouden worden, is nonsens
Vorige week was de week van Bo Van Spilbeeck. Haar coming-out beheerste de media en werd op erg veel positieve maar ook enkele negatieve reacties onthaald. Moeten we ons van deze laatste iets aantrekken? Jawel, want ze zijn illustratief voor hoe een klein deel van de Vlamingen denkt over diversiteit, vooral op vlak van seksuele oriëntatie en genderidentiteit (SOGI), en het kan nooit kwaad om te begrijpen waar deze denkbeelden vandaan komen.
Zelf heb ik vorige week zes studio optredens geweigerd, maar het zevende heb ik aanvaard. Ik zat in Terzake tegenover een student, lid van het Katholiek Vlaams Hoogstudenten Verbond (KVHV) en oprichter van ‘Schild en vrienden‘, een extreemrechtse studentenvereniging. Aanleiding van het debat was het statement van çavaria dat pleitte voor normalisering en de tweet van mijn studiogast die stelde dat geslachtsverandering niet normaal is, en nooit normaal zal worden. Ik nam de gelegenheid te baat om enkele misverstanden uit de wereld te helpen.
Vooreerst heb ik de term ‘geslachtsverandering’ op de korrel genomen. Voor een buitenstaander kan het lijken alsof transgenders van geslacht ‘veranderen’, terwijl ze in werkelijkheid hun lichaam aanpassen aan hun genderidentiteit. Die genderidentiteit strookt in dat geval niet met hun lichamelijk geboortegeslacht. Daarnaast lichtte ik toe wat het begrip ‘normalisering’ voor mij inhoudt. Stellen dat genderaanpassingen de nieuwe norm zouden worden, is natuurlijk nonsens. Voor de meerderheid van de mensen bestaat er geen incongruentie tussen gender en geboortegeslacht.
Non-issue
Voor mij betekent het woord ‘normalisering’ echter voornamelijk dat we als samenleving op een normale manier met SOGI-issues kunnen omgaan, met respect voor diversiteit en individuele keuzes. De coming-out van een transman of -vrouw zou in onze samenleving een non-issue moeten zijn, zoals ook Prof. Stan Monstrey, de bekende plastisch chirurg, in een recent interview in De Tijd stelde. Wat je seksuele oriëntatie ook is, en of je al dan niet transgender bent, zou niet moeten uitmaken. Het zou hoogstens een ’et alors?’ als reactie mogen uitlokken. Maar voor sommigen blijft het een oninvoelbaar en onaanvaardbaar thema.
Verder is gender geen binair gegeven en kan je dus niet eens van een norm spreken. We bevinden ons allemaal ergens op een continuüm, gaande van volledig mannelijk tot volledig vrouwelijk. Niemand kan in dit domein zeggen wat ‘normaal’ is en wat niet. Gelukkig maar, want diversiteit is net een verrijking, geen bedreiging.
Rode draad
Zonder blijk te geven van enige empathie noch van veel kennis van zaken, gebruiken sommigen de (mij onbekende) term ‘politiek correcte gedachtenpolitie’ om het pleidooi voor het aanvaarden van diversiteit te bekampen. Vertegenwoordigers van alle democratische partijen hebben duidelijk laten blijken dat ze het niet eens waren met de uitspraken van KVHV.
Ik word trouwens al een tijdje politiek bestreden omwille van de thema’s waar ik me voor in zet. Die gaan van de seksuele en reproductieve gezondheid van meisjes en vrouwen, over gendergelijkheid, LGBTI-thema’s tot geassisteerde voortplanting, draagmoederschap en stamcelonderzoek. Het is snel duidelijk dat hier een rode draad in te ontwaren is. Al deze thema’s gaan in tegen de overtuiging dat mannen en vrouwen een duidelijke maatschappelijk rol te vervullen hebben, gekoppeld aan de voortplanting.
Facts and figures
De voorstanders van deze overtuiging zijn meestal conservatief en zien de strijd voor gelijke rechten, vrije keuze door vrouwen op vlak van voortplanting, evenals de vrije keuze op vlak van SOGI, als onderdelen van een wereldwijd complot (gebaseerd op wat ze de ’genderideologie’ noemen) dat de gevestigde maatschappelijke en religieuze orde omver wil werpen. Dat is de reden waarom al deze thema’s sterk gepolitiseerd worden en de tegenstand zo heftig en emotioneel is.
Hoewel de strijd voor gelijke rechten voor mannen en vrouwen, maar ook voor seksuele minderheden, gevoerd moet worden op basis van rationele argumenten en ’facts and figures’, wordt de weerstand bij conservatieve tegenstrevers gevoed vanuit de onderbuik en zijn deze thema’s dankbare onderwerpen voor het populistisch discours van degenen die zich afzetten tegen de ‘politiek correcte gedachtenpolitie’.
Noodzakelijk en stichtend
Nochtans zijn verhalen zoals dat van Bo noodzakelijk en stichtend. Noodzakelijk omdat er nog zoveel discriminatie is, en zoveel lijden bij transpersonen. Stichtend omdat dergelijke coming-outs de gelegenheid bieden om onwetendheid en vooroordelen te bestrijden. Ja, ook ik streef naar normalisering van SOGI-issues.
Als dit geen issues meer zijn, zullen we kunnen focussen op de talenten we allen hebben, en niet enkel nog op één aspect van onze identiteit. Maar we zijn er nog lang niet, en intussen zal onze strijd voor meer rechten nog een tijdje doorgaan.
Petra De Sutter
Senator en parlementslid voor Groen in de Raad van Europa
Bron:
Eigen verslaggeving
Lees meer over:
Gerelateerd nieuws: