Wat doe jij om de stilte te doorbreken?
Sacha Verheij schreef een opiniestuk over het huidige debat rondom seksuele en genderdiversiteit.
“The women who sustained me through that period were Black and white, old and young, lesbian, bisexual, and heterosexual, and we all shared a war against the tyrannies of silence. (…) The fact that we are here and that I speak these words is an attempt to break that silence and bridge some of those differences between us, for it is not difference which immobilizes us, but silence. And there are so many silences to be broken.” (Audre Lorde, 1984, pp. 40-44).
Bijna drie decennia na Audre Lorde’s overlijden is deze behoefte om stiltes te doorbreken en verschillen te overbruggen belangrijker dan ooit, gezien de politieke weerslag die we de afgelopen jaren hebben gezien. Van rechtsextremisme tot aan de anti-gender beweging, van verwoestende neoliberale marktkrachten tot aan juridische grijze gebieden. Vooral het debat rondom seksuele en genderdiversiteit is het gesprek van de dag door de tegenkrachten die jegens gendergelijkheid en LGBTQ+-acceptatie wereldwijd worden gemobiliseerd.
Zo werd de Poolse president Andrzej Duda ondanks – of misschien zelfs dankzij – zijn discriminerende uitspraak over de LGBTQ+-gemeenschap afgelopen zomer herkozen. Hij noemde LGBTQ+ een ideologie dat gevaarlijker is dan het communisme. De ideologie van de LGBTQ+-beweging zou de Poolse identiteit en haar christelijke waarden bedreigen, met als doel het ‘traditionele’ gezin en de natie, en uiteindelijk de christelijke beschaving, ontmantelen.
In Brazilië voert de extreemrechtse president Jair Bolsonaro een klopjacht op genderideeën en schildert het Braziliaanse volk genderwetenschapper Judith Butler af als de duivel. Butler wordt gezien als de oprichter van de “genderideologie” en wordt beschuldigd van het vernietigen van de genderidentiteiten van mensen.
De nieuwe mainstream
Het kwalijke is dat dergelijke geluiden die voorheen als krankzinnig werden beschouwd, nu vallen onder de nieuwe mainstream. Deze gebeurtenissen zijn namelijk niet louter een nationale trend noch een geïsoleerd verschijnsel: het maakt deel uit van een transnationaal fenomeen, dat wordt geïdentificeerd als de anti-genderbeweging.
Met haar oorsprong in de Rooms-Katholieke Kerk ziet de anti-gender beweging gender als een ideologische matrix van sociale hervormingen. Denk hierbij aan seksuele en reproductieve rechten, het homohuwelijk, sekseducatie en gendermainstreaming. In plaats van gender te zien als een vorm van wetenschap en een strijd voor sociale rechtvaardigheid, wordt gender voorgesteld als een ideologische kolonisatie.
Zorgelijk is dat de anti-gender beweging aanhang weet te winnen in het politieke spectrum, van links tot aan extreemrechts. Het centrale anti-gender idee van de noodzaak om “het volk” te beschermen spreekt de populistische vermoeidheid van gendergelijkheidsbeleid in allerlei politieke partijen aan. De groeiende ideologische affiniteit tussen anti-genderorganisaties en met name rechtse partijen leidt in sommige landen tot de institutionalisering van de anti-genderideologiebeweging binnen volledige staatsstructuren.
Liberale discours
Tegenover de anti-gender en conservatieve ideeën staat het liberale discours rondom seksuele en genderdiversiteit. Met de opkomst van het neoliberalisme zien we de afgelopen decennia een aanzienlijke verbetering van de houding ten opzichte van LGBTQ+-rechten in Europa en de Verenigde Staten. De legalisering van het homohuwelijk, de mogelijkheid om kinderen te adopteren, de wereldwijde jaarlijkse viering van LGBTQ+ tijdens de Pride-maand laten een opwaartse trend zien in de richting van de acceptatie van LGBTQ+-personen.
Hoewel deze vooruitgang het voor sommigen gemakkelijker heeft gemaakt om buiten heteroseksuele relaties te leven, heeft het heteroseksualiteit niet gedecentraliseerd als een nexus van het sociale leven. We leven nog steeds in een cultuur van heteroseksisme, waarin verplichte heteroseksualiteit heerst.
Homonationalisme
Vol trots zwaait Europa met de regenboogvlag tijdens de Pride, maar tegelijkertijd worden nog steeds bepaalde bevolkingsgroepen uitgesloten van burgerschap. Door de lens van homonationalisme wordt duidelijk hoe schrijnend het liberale discours omtrent seksuele vrijheid van het kapitalisme is.
Zo blijken “gay rights for the limited few” te zijn, aldus queer-theoreticus Jasbir Puar. Puar stelt dat de acceptatie en tolerantie van homoseksuelen en lesbiennes middels legalisatie worden gebruikt als een manier om de retoriek van bezetting te legitimeren. Israël gebruikt bijvoorbeeld de bevordering van LGBTQ+-rechten om de aandacht af te leiden van de bezetting van Palestina. Door de tactiek van pinkwashing maskeert Israël hun gewelddadig, uitsluitend en negatief beleid naar homoseksuelen, trans personen, migranten en mensen van kleur. Met het succes van de homo- en lesbische politieke organisatie kwam een toenemende racialisering rond het lichaam van migranten en moslims.
Puar muntte vanuit een kritiek hierop de term ‘homonationalisme’, dat een analytisch kader is ontleend aan Lisa Duggans idee van homonormativiteit. Het concept van homonormativiteit is een vorm van neoliberale seksuele politiek die dominante heteronormatieve aannames en instituties niet betwist maar ondersteunt en handhaaft, terwijl binnenlandse acceptatie van queergemeenschappen wordt beloofd. Homonationalisme is de kritiek op hoe lesbische en homoseksuele liberale rechtendiscoursen narratieven over vooruitgang en moderniteit produceren, terwijl bepaalde bevolkingsgroepen nog steeds worden uitgesloten van elke vorm van burgerschap. De neoliberale staten lijken dus individuele vrijheid te valoriseren, maar laten de structurele omstandigheden die homofobie en transfobie voeden onbetwist alsook de rol van het gezin. Enkel de queerpersonen die de heteronormativiteit en het binaire gendersysteem niet bevragen en een kapitaalvriendelijke gedaante, die individualisme, huiselijkheid en consumptie aanmoedigt, aannemen worden geaccepteerd.
Radicale bevrijding als derde weg
Zo lijkt het debat rondom seksuele en genderdiversiteit gereduceerd te zijn tot deze twee posities: enerzijds de restrictieve en homofobe omgang van de anti-gender conservatieve religieuzen, anderzijds de liberale en progressieve omgang van de moderne kapitalistische samenleving.
In het manifest ‘Feminism for the 99%’ (2019) proberen de feministen Cinzia Aruzza, Tithi Bhattacharya en Nancy Fraser een derde weg te vinden. Daar waar de kerk met haar anti-gender ideeën de feministische en genderpraktijk poogt om te keren en het kapitalisme de LGBTQ+-gemeenschap in een mal van een heteroseksuele levensstijl giet, stelt het manifest radicale bevrijding voor. Dit betekent een manier van omgaan met seksuele en genderdiversiteit die verder kijkt dan institutionele verwezenlijkingen en oog heeft voor homofobie en transfobie.
Het antwoord van Aruzza, Bhattacharya en Fraser ligt in het bevrijden van seksualiteit: een oprechte bevrijding van seksualiteit dat los staat van neo-traditionele homofobie en neoliberale coöptatie. Dit vraagt om een herleving van de radicale geest van de Stonewall-opstand van 1969 in New York en van sekspositieve feministische stromingen van Alexandra Kollontai tot Gayle Rubin.
Vertrekken vanuit stemmen in de gemeenschappen
We moeten weigeren om het seksuele debat in zwart wit te zien en proberen zoveel mogelijk te vertrekken vanuit de stemmen in de gemeenschappen zelf. Hierbij moeten we onze vooronderstellingen opzij leggen en écht gaan luisteren naar de LGBTQ+-community.
Hoe aanmoedigend het geluid van de Europese Unie met haar allereerste LGBTQ+-gelijkheidsstrategie 2020-2025 in november 2020 ook was, de wettelijke bevoegdheden van deze strategie zijn beperkt en lijken op aannames te zijn gebaseerd. Bovendien verdoezelt de bevordering van LGBTQ+-rechten het bestaan van homofobie binnenin “LGBTQ+-friendly” landen, wat verdere inspanningen voor een verbetering van de ervaringen van LGBTQ+-personen kan belemmeren. In plaats van op voorhand de betekenis van ‘progressie’ voor de LGBTQ+-gemeenschap in te vullen en slechts op het niveau van discours te blijven hangen, moeten we de organisatiestructuren veranderen en permanente middelen aan de strategie besteden in de vorm van budget en personeel. Hierin moet het zwaartepunt liggen op de geleefde werkelijkheden van LGBTQ+-personen, wier rechten nu worden gepolitiseerd en wier legitimatie van bestaan steeds meer in diskrediet wordt gebracht.
In de geest van Audre Lorde vragen de huidige ontwikkelingen rondom het seksualiteitsdebat om een krachtig respons, omdat “your silence will not protect you”. We moeten de stiltes doorbreken, zoals ik dat nu doe met dit stuk. Onze stilte zal ons namelijk niet beschermen en des te meer de levens van LGBTQ+-personen onzichtbaar maken. Laten we dus transnationale en intersectionele dialogen blijven voeren en de verschillen in de vele vormen van strijd voor gelijkheid overbruggen. Juist in het erkennen van verschillen en deze te gebruiken als een creatieve kracht ligt de mogelijkheid tot oprechte verandering.
Wat doe jij om de stilte te doorbreken?
-------------------------
ZIZO wil een bijdrage leveren aan het maatschappelijk debat over LGBTI+-thema’s. Daarom publiceren we regelmatig opinieteksten. Elke auteur schrijft in eigen naam of in die van hun/haar/zijn vereniging en is verantwoordelijk voor de inhoud van de tekst.
-------------------------
Bronnen
Arruzza, C., Bhattacharya, T. & Fraser, N. (2019). Feminism for the 99%. A Manifesto. London: Verso Books.
Bracke, S. (2012). “From ‘saving women’ to ‘saving gays’: Rescue narratives and their dis/continuities.” European Journal of Women’s Studies. London: Sage. 19:2. 237-252.
Kerpen, S. & Marston, K. (2019). Heteronormativity. SAGE Publications Ltd.
Kuhar, R. & Paternotte, D. (2017). The anti-gender movement in comparative perspective. In R. Kuhar & D. Paternotte (Eds.), Anti-gender campaigns in Europe mobilizing against equality. London and New York, NY: Rowman & Littlefield.
Lorde, A. (1984). Your Silence Will Not Protect You. In: A. Lorde, Sister Outsider. Ten Speed Press.
Puar. J. K. (2007). Terrorist Assemblages: Homonationalism in Queer Times. Duke University Press.
Eigen verslaggeving