column
Voor homo’s is er geen uitgestippeld pad naar geluk
“Er valt in de lege en onbestemde plekken van het homoseksuele bewustzijn veel in te vullen, maar wanneer de invulling geschiedt door imitatie van en concurrentie met de hetero, houdt dat bewustzijn op homoseksueel te zijn. Homoseksualiteit is, naast het geheimzinnige en verrukkelijke, ook een zaak van gemis, lasten en onmogelijkheden." Tot op vandaag heeft niemand homoseksualiteit treffender beschreven dan de Nederlandse auteur Gerrit Komrij in dit citaat.
Geluk wordt in onze maatschappij op een piëdestal geplaatst, en we kunnen niet om met het feit dat ook ongeluk deel uitmaakt van een mensenleven. We jagen levenslang dat gelukzalige gevoel na, vinden het (veelal achteraf bekeken), raken het kwijt en zoeken het dan opnieuw. Homo’s ervaren die zoektocht nog intenser.
Levenspad
Voor hetero’s gaat het vinden van geluk nu eenmaal gemakkelijker. Er ligt een uitgestippeld levenspad voor hen open, dat er ongeveer zo uitziet: de man of vrouw van je leven vinden, trouwen, kindjes krijgen, en later opa en oma spelen.
Als je dat pad volgt, zal niemand je keuzes ter discussie stellen. En daar ligt alvast één sleutel tot geluk: weten dat er een pad bestaat dat geen vragen oproept. Wijk je van dat pad af, leef je als single of blijf je als koppel kinderloos, dan krijg je het harder te verduren.
Voor homo’s geldt dat des te meer. Als je ervoor kiest om als single door het leven te gaan, zal iedereen daar vragen bij hebben. Hoe kan je nu gelukkig zijn als alleenstaande? Of ook: hoe kan je nu gelukkig zijn als je steeds andere partners hebt?
In vraag stellen
Als je dan toch een vaste partner hebt, zal iedereen vragen: hoe kan je nu gelukkig zijn zonder kinderen? En in het geval je dat heteronormatieve ideaal toch bereikt, zullen mensen nog steeds honderd-en-één manieren vinden om je geluk in vraag te stellen. Is het wel ethisch verantwoord om kinderen te adopteren? Hoe zit dat met het draagmoederschap? En kunnen homo-ouders überhaupt wel een kind opvoeden?
En dan is er nog de homogemeenschap zelf. Ook zij zullen je keuzes bekritiseren. Waarom moet je je zo hetero gedragen? Je bent saai, not one of ours. Of de andere helft: waarom kan je je niet meer conformeren met hetero’s? Je stelt ons in een slecht daglicht.
Wat je ook doet, het zal nooit goed genoeg zijn. Je kiest jouw manier van leven maar iedereen zal altijd denken: het is niet juist.
In die pessimistische gedachte ligt voor homo’s misschien de sleutel tot geluk: laten we niet wachten op het moment dat we ons niet meer moeten verantwoorden. Voor homo’s is er geen uitgestippeld pad.
Fernand Van Damme is journalist bij De Morgen. Deze column verscheen ook in ZiZo 141. Je kan een gratis exemplaar van ZiZo meenemen in onze afhaalpunten. Of neem een abonnement, dan krijg je het nummer toegestuurd.
Bron:
Eigen verslaggeving
Lees meer over: