De Stemwijzer: Dave Sinardet constateert dat het debat rond LGBT+-thema’s nog niet voorbij is
Op onze jongste lezers na, trekken we op 26 mei met z’n allen naar het stemhokje. Het uitgelezen moment voor çavaria, Sensoa en de Vrouwenraad om steun te zoeken voor wat hen drijft. Daarom schakelden ze Professor Politieke Wetenschappen en ex-redacteur van ZIZO Dave Sinardet in. Samen met hem ontwikkelden ze een wetenschappelijk onderbouwde stemtest: De Stemwijzer, met ‘seks, gender, welzijn’ als baseline. Drie thema’s die voor elk van de organisaties belangrijk zijn.
Dave Sinardet had er een hele kluif aan om de stellingen uit te denken (een dertigtal!) en om de antwoorden te controleren (van zeven partijen!). Bovendien is hij de woordvoerder van het project. Je hebt hem misschien op 19 maart in de media gezien toen hij de antwoorden van de politieke partijen bekendmaakte. Zelf kan je ook de vragen invullen en nagaan welke partij denkt zoals jij.
Waarom engageer je je hier zo sterk voor?
“Ik was direct enthousiast om mee te werken omdat ik achter het initiatief sta. Ik geloof sowieso in de meerwaarde die stemwijzers kunnen bieden bij verkiezingen, omdat je kan zien met welke partij je inhoudelijk het meest overeenkomt. Ik zie het als deel van mijn missie om mensen in verkiezingstijd meer wegwijs te maken in het politieke labyrint en ze bewuster te laten nadenken over hun stem. Dit project maakt daar deel van uit, maar dan specifiek rond deze thema’s. Da’s een laatste reden waarom ik wou meewerken. De thema’s liggen me nauw aan het hart en verdienen meer aandacht.”
De opzet is dat de kiezers de stemwijzer invullen en dan hun antwoorden vergelijken met de antwoorden van de partijen?
“Inderdaad. Per stelling lees je elk antwoord en de argumentatie van elke partij. Daarom is het een didactisch instrument: het zet je aan zelf over die thema’s na te denken en je leert met welke argumenten de partijen tot welke antwoorden komen.
Het is geen stemadvies. We zeggen achteraf niet op welke partij je moet stemmen. Ten eerste omdat dit maar enkele specifieke thema’s zijn en wellicht vinden mensen ook andere thema’s belangrijk. Zelfs bij een algemene stemtest is het geen echt stemadvies, want ook dan blijft het beperkt tot die stellingen en mensen vinden de ene stelling veel belangrijker dan de andere. Verder stemmen mensen niet alleen om inhoudelijke redenen voor partijen.”
LGBT+-vriendelijke marketing
Wat vind je zelf de opmerkelijkste antwoorden van de partijen?
“Je hoort vaak: het debat is eigenlijk afgelopen, er is een consensus rond, alles is bereikt. Dat is voor een stuk waar: we hebben geen fundamentele politieke conflicten meer rond de vraag of holebi’s en transgenders wel het recht hebben om zichzelf te zijn, zoals in de Verenigde Staten en Oost-Europa. Grote dossiers zoals het holebihuwelijk en adoptierecht zijn achter de rug. De meeste partijen profileren zich in hun marketing als LGBT+-vriendelijk, bijvoorbeeld door deel te nemen aan de Pride.
Ik was verrast dat de verschillen soms zo uitgesproken zijn
Toch leert deze stemtest dat er nog tegenstellingen bestaan, bijvoorbeeld rond een aantal kwesties waar de LGBT+-gemeenschap vraagt om verdere stappen te zetten. Er zijn dus zeker wel nog verschillen tussen de partijen. Gelukkig maar trouwens, want anders hadden we deze stemwijzer niet kunnen maken. Daarvoor heb je immers een zekere variatie nodig tussen de partijen.
Aanvankelijk vreesde ook ik dat er te weinig variatie zou zijn, net vanwege die perceptie dat er consensus is rond de LGBT+-thema’s, maar gelukkig was die er dus wel. Ik was zelfs verrast dat de verschillen soms zo uitgesproken zijn. Dus voor de verkiezingen van 26 mei heeft de kiezer ook rond LGBT+-thema’s nog wel degelijk diverse keuzemogelijkheden.’”
Hoe profileren de partijen zich dan?
“Een verrassende vaststelling is dat N-VA op basis van haar antwoorden eerder conservatief genoemd kan worden. Op veel van de stellingen over LGBT+-kwesties delen ze hun standpunt met het Vlaams Belang, dat toch uitgesproken conservatief is.”
Op sommige stellingen profileert N-VA zich zelfs behoudsgezinder dan Vlaams Belang. Zo vindt N-VA als enige partij dat thema’s als genot en plezier tijdens lessen seksuele opvoeding in het middelbaar niet aan bod hoeven te komen, terwijl zelfs Vlaams Belang stelt dat genot inherent deel uitmaakt van seksualiteit. Onderwijs lijkt sowieso gevoelig te liggen bij N-VA, want bij een andere vraag over seksuele opvoeding stelt de partij in haar argumentatie zelfs uitdrukkelijk: ‘Onze jeugd is sowieso al oversekst door de pornoficatie van de samenleving en wat kinderen al op het internet en via hun smartphones kunnen downloaden.’
Een verrassende vaststelling is dat N-VA op basis van haar antwoorden eerder conservatief genoemd kan worden
N-VA is het als enige oneens met de stelling ‘Wanneer een minister van een land dat holebi’s opsluit een officieel bezoek brengt aan België, dan moet onze minister die situatie altijd aanklagen.’ Daar verwijst hun antwoord misschien naar een concreet geval, namelijk het bezoek van een Russische delegatie in Antwerpen afgelopen zomer. De oppositie had aangedrongen om een statement te maken, maar het Antwerpse stadsbestuur, onder leiding van Bart De Wever, heeft toen beslist dat niet te doen.
Bij verschillende andere stellingen zie je dat N-VA en Vlaams Belang samen afwijken van de rest. Zo zijn beide partijen tegen het voorstel om alle politieagenten een specifieke opleiding te laten volgen om correct om te gaan met holebi’s die het slachtoffer zijn van geweld. N-VA voegt er wel aan toe dat in het veiligheidsplan van Jan Jambon de nadruk ligt op alle haatmisdrijven, ongeacht het criterium. Beide Vlaams-nationalistische partijen zijn ook erop tegen om bescherming tegen discriminatie op basis van gender en seksuele oriëntatie op te nemen in de Grondwet.
Op sommige punten sluit CD&V zich aan bij de conservatieve coalitie. In enkele gevallen staat N-VA wel aan de progressieve kant. Ze vinden bijvoorbeeld niet dat je identiteitskaart het geslacht moet vermelden. Daar staan enkel Vlaams Belang en CD&V op de rem.”
Symbolische statements
Op beleidsvlak is er veel gerealiseerd voor de holebigemeenschap. Kan een partij daar conservatief uitkomen en toch fundamenteel positief staan tegenover LGBT+-rechten?
“De conservatieve antwoorden van N-VA zijn in ieder geval opmerkelijk, omdat de partij zich in haar communicatie de laatste jaren nogal progressief profileert rond de LGBT+-thema’s. Zeker in Antwerpen, onder meer met symbolische statements zoals de regenboogzebrapaden. Bovendien heeft N-VA altijd al een aantal mensen gehad die sterk op het LGBT+-thema inzetten, zoals Piet De Bruyn.
Als beleidspartij steunde de partij de voorbije jaren een aantal progressieve maatregelen. Ze hebben in de federale regering bijvoorbeeld mee de transwet ingevoerd. Dat was vooral het werk van toenmalig staatssecretaris Elke Sleurs. Maar toen werd al duidelijk dat andere N-VA-boegbeelden in de regering zoals Theo Francken daar wat op de rem stonden. De N-VA heeft sowieso een conservatieve strekking. Denk bijvoorbeeld aan de beruchte lingeriepost van Francken. De antwoorden die de partij in onze test gaf, suggereren dat die strekking aan belang wint. Maar we zullen moeten afwachten of dat zich in de toekomst meer in het beleid van de partij zal manifesteren.”
Heeft het te maken de nadruk op het identitaire?
“Volgens sommigen heeft de progressieve profilering van N-VA rond LGBT+-thema’s vooral te maken met hun standpunten over migratie en islam. Dat zou dan een vorm van homonationalisme zijn: dat je je stevig uitspreekt pro LGBT+ om je af te zetten tegen bevolkingsgroepen waarvan men weet dat zij het er moeilijker mee hebben. Dat is zeker bij Vlaams Belang het geval en wellicht ook bij sommige N-VA’ers, maar ik zou het LGBT+-standpunt van de partij als geheel daar toch ook weer niet volledig toe herleiden.”
Paars-groen
Wat leren we uit de antwoorden van de andere partijen?
“Aan de progressieve kant vind je bijna altijd de linkse partijen en Open VLD terug. Het is dus een beetje paars-groen, aangevuld met de PVDA. Groen en sp.a sluiten daar aan bij een historische traditie, aangezien zij de eerste partijen waren die heel expliciet ijverden voor holebirechten en bijvoorbeeld het holebihuwelijk op de agenda hebben gezet. De liberalen hadden in die tijd nog een conservatieve strekking en waren verdeeld. Maar nu zie je nog nauwelijks onderscheid tussen Open VLD en de linkse partijen, behalve over praktijktesten.
Voor deze thema’s zie je nog nauwelijks onderscheid tussen Open VLD en de linkse partijen
CD&V zit geregeld aan de progressieve kant, maar zeker niet altijd. Samen met N-VA en Vlaams Belang vinden ze niet dat homoseksuele relaties aan bod moeten komen in de kleuterklas en zijn ze er tegen dat een vrouw en een homokoppel alle drie als wettelijke ouder erkend kunnen worden als ze samen een kind opvoeden.
Nu is dat wel een hele evolutie als je ziet waar die partij vandaan komt: twintig jaar geleden waren ze nog een uitgesproken conservatieve partij. Ze hebben zich lang heel expliciet tegen een wettelijke erkenning van holebikoppels gekant. Als je het vergelijkt met andere christendemocratische partijen in Europa kan je CD&V als progressief beschouwen, al behouden ze dus toch wel conservatieve kantjes.”
Zijn er verschillen aan de linkerkant van het spectrum?
“Nauwelijks. Er is een verschil over de wenselijkheid van aparte opvang voor transgender vluchtelingen. Groen en PVDA zijn daar voor, vanuit het idee dat ze dan in veilige, aangepaste structuren zitten en ze in gewone opvangcentra misschien te maken krijgen met agressie of pesterijen. sp.a vindt dergelijke segregatie dan weer geen goed idee, maar er moet volgens hen wel aangepaste ondersteuning zijn. Dat kan je moeilijk echt een fundamentele ideologische scheidslijn noemen. Zelfs LGBT+-activisten zijn hierover verdeeld.”
Genoeg redenen om onze lezers op te roepen zelf de stemtest in te vullen.
“Ja, dat kan nog tot op de dag van de verkiezingen, via de website destemwijzer.be.”
Eigen verslaggeving