Met spijt in ons hart delen we mee dat ZIZO, het (online) magazine van çavaria, er na bijna 30 jaar mee ophoudt. Wil je weten waarom? Je leest er hier meer over. Çavaria blijft via al hun communicatiekanalen inzetten op mooie verhalen en LGBTI+ nieuws. Wil je op de hoogte blijven? Schrijf je dan hier snel in voor de nieuwsbrief van çavaria. |
Limburgse modeontwerper Sander Bos finalist in Heidi Klums ‘Making the Cut’
Vorig jaar werkte Sander Bos (25) nog in de hamburgerketen Quick, nu schopte de Limburger het tot in de finale van de Amerikaanse modewedstrijd Making the Cut. Een opmerkelijk traject. ZIZO sprak met de ontwerper over zijn deelname, de kunst in mode en botox.
Project Runway succesvol noemen is een understatement. De show telde maar liefst achttien seizoenen en verschillende remakes over de hele wereld, zelfs in België (herinner je je De Designers met Evi Hanssen nog?). Met Making the Cut maken het Duits-Amerikaanse model Heidi Klum en modeadviseur Tim Gunn een opvolger op hun succesformule. Het concept is eigenlijk hetzelfde: een wedstrijd voor modeontwerpers die elke aflevering in korte tijd een modieuze outfit in elkaar moeten flansen. Niemand minder dan topmodel Naomi Campbell en actrice Nicole Richie zitten in de jury.
Hoe was je ervaring bij Making the Cut?
Sander Bos: “Dat was super. Ik ben er veel gegroeid. Dat kan ook niet anders, als je op zo’n ijl tempo moet werken en over de hele wereld wordt gevlogen. In de serie zeggen ze ‘Next week on Making the Cut’, maar in realiteit was dat next day. Heel intens dus.”
Wat heb je er geleerd?
“Bij de eerste opdracht zeiden Heidi Klum en Tim Gunn dat de kledij draagbaar voor iedereen moest zijn. Toen dacht ik: ‘Oei, die gaan mij meteen naar huis kegelen.’ Wonder boven wonder is het doorheen de afleveringen gelukt om meer draagbare kledij te maken. Dat was iets dat ik daar heb geleerd. Uiteindelijk wil je ook dat je kledij gedragen wordt.”
Wij werken met een order base. Concreet betekent het dat als je iets bestelt, wij dat speciaal voor jou maken
Het programma legde nogal de focus op je job bij de Quick. Werk je daar nog altijd?
“Bij zulke shows krijg je altijd een verhaallijn. Na een tijdje had ik wel door wat die van mij was: de arme jongen die in een hamburgertent werkte en kledij maakt. Maar nee, intussen ben ik volledig zelfstandige geworden. Ik was toen zelfstandige in bijberoep en de Quick was mijn vast inkomen. Zo had ik een financiële zelfstandigheid om kledij te maken die ik zelf wilde, niet om te verkopen.”
De branding van je nieuwe lijn, Miss Bos, is geïnspireerd op fastfoodketens. Een knipoog naar je oude job?
“Uiteindelijk heb ik anderhalf jaar van mijn leven in de Quick gespendeerd, dus ik dacht, oké, dan melk ik dat gewoon uit. Op de foto’s is het alsof de modellen bij mij komen bestellen. De Miss Bos-lijn is ook onze eerste lijn die meer draagbaar is. Dan kan het ludiek en kan ik zeggen: ‘Voilà, hier ben ik dan, selling you burgers!’”
Ecologisch bewustzijn maakt ook onderdeel uit van die lijn.
“Klopt. Wij werken met een order base. Concreet betekent het dat als je iets bestelt, wij dat speciaal voor jou maken. We hebben geen twintig stuks van één maat klaarliggen. Massaproductie werkt niet, dat zie je vandaag. Als de H&M niet alles verkoopt, gooien ze alles op een brandstapel. Dat is voordeliger voor hen dan dat ze de kledij zouden uitdelen in een derdewereldland. Daar wil ik niet in meestappen. Bij ons kan het ook al eens specialer en persoonlijker zijn: als je heup bijvoorbeeld een M is en je taille een S, kunnen wij dat wel een beetje voor je innemen.”
Waar haal je inspiratie voor je werk?
“De Miss Bos-lijn is geïnspireerd op looks die ik in Making the Cut heb gedaan. Die waren een leuk beginpunt. Het is ook een knipoog naar de show. Ik heb dan wel niet de winnende look gemaakt, maar fuck you, jij gaat niet bepalen of ik iets kan verkopen of niet. Die lijn kwam ook uit op hetzelfde moment als Sander Bos, een meer haute-couturelijn die voornamelijk op hedendaagse kunst geïnspireerd is. Het idee van het merk is om een reflectie te geven van moderne kunst in de kledij.”
Op welk ontwerp ben je het meeste trots?
“Op mijn geschilderde collectie (zie foto, red.). Ik had kleding in dezelfde kleur gemaakt en alle modellen samen gezet in een groot vierkant. Joshe Bruggen, een kunstenares die ik had uitgenodigd en die ik nog van de kunstschool in Hasselt kende, schilderde over die kledij alsof het haar doek was. Elk kledingstuk was dan een stuk van een schilderij. Een letterlijke reflectie van kunst.”
Waarom ben je mode gaan studeren?
“Ik studeerde al van mijn vijftiende op PIKOH (een middelbare kunstschool in Hasselt, red.). Dat deed ik graag, vooral schilderkunst, maar ik wilde liever kunst maken die kon opstaan en echt naar buiten kon wandelen. Voor mij betekent kunst niet dat iemand naar een museum gaat en naar mijn werk kijkt, om dan te speculeren wat ik ermee bedoeld heb. Voor mij is er een grotere interactie nodig met de wereld. Iets dat je kan zien op straat en je aandacht trekt. Mode was het medium dat dat letterlijk voor mij kon doen. Dus ik heb mijn ingangsexamen gedaan aan de Modeacademie in Antwerpen en ik ben wonder boven wonder toegelaten.”
Je zegt ‘wonder boven wonder’?
“Ik was achttien, ik kwam net van de kunstschool, ik kon niet naaien. Allez, ik kon wel een beetje naaien omdat mijn moeder mij dat had geleerd, maar dat was meer om voor mezelf kleding te maken omdat ik mijn goesting niet vond in de H&M. Voor het ingangsexamen had ik een portfolio met tekeningen en schetsen die ik in de kunstschool had gemaakt. Daarnaast was ik ook de jongste. De anderen waren 25 of 30 en hadden al ergens in de wereld een bachelor in de Mode gehaald. Zij wisten wat ze later wilden doen, terwijl ik daar als ukkie stond die het eens wilde uitproberen.”
In Making the Cut ben ik ook de jongste deelnemer. Het is een rode draad in mijn leven aan het worden
Moest je dan niet snel bijleren tussen al die andere ervaren studenten?
“Dat wel. Maar ik denk dat je in het leven beter niet te veel kijkt naar wat anderen doen. Soms was het natuurlijk wel frustrerend als de leerkrachten ervan uitgaan dat ik iets wist terwijl dat niet zo was. Ik moest vooral leren om mijn pad in de mode te vinden en om ideeën die in mijn hoofd zaten te vertalen naar een echt kledingstuk.”
De jongste van de hoop, dat klinkt bekend.
“In Making the Cut ben ik ook de jongste deelnemer. Het is een rode draad in mijn leven aan het worden. Forever young. Tijd voor botox! Binnen twee maanden loop ik rond met een gezicht als Donatella Versace. (imiteert haar Italiaans accent) ‘I’m mister Bos’ (lacht).”
Wat doe je nu tijdens de quarantaine?
“Ik woon samen met mijn vriend, dus hem zie ik gelukkig nog veel. Mijn vrienden spreek ik enkel over Skype, ik vind het belangrijk dat we ons aan de regels houden. Eigenlijk is er niet immens veel voor mij veranderd. Ik maak de bestellingen die binnenkomen. Corona of niet, mensen zullen ooit wel eens mode nodig hebben. (lacht) Kleding maken is ontspannend voor mij. Het is altijd al mijn droom geweest om een succesvolle zaak te hebben en mijn eigen lijn te ontwerpen. Het geeft zoveel voldoening om berichtjes van tevreden klanten te krijgen. Ik leef mijn droom nu.”
Wat mis je aan het gewone leven?
“De doorsnee dingen. Eens naar buiten gaan, een winkel binnenwandelen. Ik mis het uitgaansleven, dansen, op café gaan met vrienden, huisfeestjes... Amai, nu klink ik als een alcoholist. (lacht) I go where the booze is!”
Hoe ziet de toekomst eruit?
“In juni stond er een tentoonstelling over mij in een kunstencentrum in Borgloon gepland, maar die is naar volgend jaar uitgesteld. De tentoonstelling ging over waar kunst en mode elkaar ontmoeten bij mij als ontwerper. Rond juni en juli komen er nieuwe collecties uit. Het is belangrijk om bezig te blijven.”
In Borgloon, dat is in Limburg. Bewuste keuze?
“Natuurlijk! Ook al woon ik in Antwerpen, ik blijf een Hasselaar in vlees en bloed. Dat kan en zal ik niet veranderen, anders zou ik thuis niet meer binnen mogen. (lacht) Geboren in Limburg, da’s Limburger for life.”
Volg Sander Bos op Instagram of via zijn website.
Making the Cut is te zien op Amazon Prime.
Eigen verslaggeving