Jasper ontdekt online daten in de coronacris: “Hopelijk is hij het risico om afgewezen te worden waard”
Jasper is middenin de coronacrisis vrijgezel geworden. Stap voor stap ontdekt hij de wereld van het online daten. Met de daarbij horende twijfels, clichés en blunderverhalen. In zijn maandelijkse column ontdek je zijn stapjes mee vanop de eerste rij.
Ik neem je mee naar mijn laatste verlofperiode. Verwacht geen verhaal van hoe ik op Mykonos een Griekse god ben tegengekomen. ’t Is lockdown, y’all. Dromend over die buitenlandse Adonis, lig ik op dag één van mijn vakantie nog languit in mijn bed. Want verlof hebben, wil in deze coronaperiode zeggen dat je nog minder redenen hebt om uit je nest te komen. Dus wat doe je dan als vrijgezel in je eentje onder de lakens in niets meer dan een zwart boxershortje? Juist, ja. Ik hoor het jullie al denken: die dating app toch nog maar eens aanzetten.
De weken zonder app deden me goed en ik zag alles weer in perspectief: laat die app aanstaan, leef je leven en kijk er af en toe eens op. Al de rest komt wel. Of ook niet. Wat dan nog? Ik ben zoveel meer dan die vrijgezelle bijna-dertiger. Al date ik drie keer in de week of helemaal niet. Laat je gevoel spreken. Profetische woorden.
Grotere kudde
Swipen maar! Vanuit mijn bed zie ik dat er weer enkele kerels tevoorschijn komen op mijn smartphone. Omdat ik enkele weken op stal heb gestaan, is de kudde met singles groter. Al komt de herdershond in mij niet naar boven, weer geen mannen voor mij. Plots merk ik een profiel op dat mijn interesse wekt. Toch beslis ik niet onmiddellijk, want veel foto’s krijg ik niet te zien. Uiteindelijk zorgen de quote in zijn bio en mijn buikgevoel ervoor dat hij een hartje krijgt.
Duidelijk bruisend van energie, ben ik net uit bed gesukkeld als ik merk dat we een match hebben. En hij begint nog meteen te praten ook! Streepje voor. Ik laat van me horen en het gesprek start. Om niet meer te stoppen. Telkens hij opnieuw reageert, voel ik de verbazing terwijl ik naar mijn schermpje tuur. We hebben zowaar een volwaardige conversatie! Met evenveel interesse en initiatief langs beide kanten. We willen elkaar beter leren kennen. En hoe.
"Matches vliegen ons om de oren"
Datzelfde bed waarin ik lag toen die bewuste swipe werd gegeven, ziet me de avonden nadien later en later in de slaapkamer verschijnen. We blijven berichtjes heen en weer sturen. De matches vliegen ons om de oren. Het lijkt wel een spelletje. Want hoeveel kan je gemeen hebben met iemand? Van het Songfestival en foute horrorfilms tot de manier waarop je graag communiceert in een relatie.
Onze ellenlange gesprekken zijn grappig, interessant en soms zelfs al diepgaand. Maar vooral: eerlijk en met de beste bedoelingen. Mijn muur met daarachter hersenspinsels over wat ik wel en niet wil delen met iemand zakt per bericht. Terwijl bouwt hij iets nieuws op. ‘Al ben je waarschijnlijk de zotte kip zonder kop die veel te enthousiast is’, denk ik na elk berichtje waarmee hij me van mijn sokken blaast. ’t Maakt me zelfs een beetje zenuwachtig. That’s a first.
In het vriesvak
Hij is ook enthousiast. Want daar komt de vraag: of we een van de komende dagen afspreken met elkaar. Wow, hier heb ik mijn man die initiatief neemt en durf toont. Zijn uitnodiging maakt me blij, nerveus en argwanend tegelijk. Of hij met iedereen zo snel afspreekt, vraag ik. Nee, zo blijkt. Hij wil mij zien om de persoon wie ik ben. En snel. Niet het moment om terug te krabbelen. Wel tijd om mijn hoofd in het vriesvak te leggen. Dit gaat te goed.
Eens onze datum om af te spreken geprikt is, een coronavaccin is er niks tegen, blijven we verder praten. Dag in, dag uit. We sturen zelfs al spraakberichten naar elkaar. Laat dat een tip zijn voor singles zoals ik die stemkleur heel belangrijk vinden: spreek iets in naar je match. Het zal je drempel alleen maar verlagen.
Bang voor de afwijzing
De onze verhoogt ondertussen alleen maar. De berichtjes lopen nog steeds als een trein. He ticks all the boxes in zijn vragen en antwoorden. Hoe dichter onze date komt, hoe meer zenuwen ik krijg! Er zit een wereld van verschil tussen chatten en een echt gesprek voeren met elkaar. Wat als er, zoals bij mijn vorige dates, geen vonkje is? Ik ben blij hoe ik na mijn breuk mijn rug gerecht heb en heb geen zin in de emoties die bij een afwijzing horen. Komt daar nog bij dat ik gehecht ben geraakt aan onze leuke babbels, die wil ik niet kwijt. Nee, ik wil hém niet kwijt. Maar om te weten te komen of onze online match in het echte leven een gouden randje heeft, moet ik afspreken. Hopelijk is hij dat risico waard.
Op de dag van onze stadswandeling vraagt hij me of ik al weet welke kleren ik ga aantrekken. Ik lach het nonchalant weg en doe alsof ik snel iets uit de kast zal plukken. Hell, no! Natuurlijk heb ik urenlang voor mijn kleerkast gestaan om er truien en broeken te combineren, van schoenen te wisselen om dan rondjes voor de spiegel te draaien. Over de sokken geen twijfels, want die had hij mogen kiezen.
Verschijning vanuit de grond
In mijn leukste outfit wacht ik in de ondergrondse parkeergarage. Nee, het is niet zo’n date. Ik ben gewoon te vroeg. Op het plein boven de garage wacht hij op mij. Om exact vijf voor twee stap ik uit mijn auto. Al stappend op de koude, ijzeren trappen gieren de zenuwen en vlinders door mijn lijf. Allemaal voor iemand die ik nog nooit gezien heb.
Net als mijn favoriete diva’s verschijn ik vanuit de grond. Iemand als Lady Gaga of Margriet Hermans weet dan dat ze voor een miljoenenpubliek speelt. Ik maar voor één iemand. Hopelijk krijg ik een bisnummer.
Ik zie hem al. Ik zwaai. Hij ook. Oh, wat duurt het oversteken van dat plein lang. Enkele weken geleden gaf ik hem, die silhouet in de verte, ‘het’ dating-hartje, met elke stap die ik zet, dagdroom ik over wat het zou zijn moest hij nu ‘mijn’ hart stelen. Noem het verlangens en naïviteit.
Eigen verslaggeving