Trans vrouw Hannelore: “Mijn transitie heeft me sterker gemaakt”
Voor het Call It Hate-project werd in tien Europese landen onderzoek gevoerd naar de gedragingen tegenover holebi’s. ZIZO gaat op zoek naar de verhalen achter de cijfers die dat onderzoek blootlegde. Vandaag: trans vrouw Hannelore Hooyberghs. “Mensen gaan er vaak van uit dat mijn leven voor mijn transitie een tragedie was, maar dat is niet zo.”
Hannelore arriveert op haar nieuwe elektrische fiets op het interview, haar lange haren verstopt onder een gele helm. We hebben afgesproken in het Antwerpse café Den Draak, waar ze jarenlang achter de toog en de draaitafel stond. Nog voor het openingsuur van de zaak nestelen we ons in de nazomerzon voor een gesprek over wat het vandaag betekent om een transgender persoon te zijn.
Vooruit dan maar: kom jij vaak in aanraking met onbegrip over je trans-zijn?
Hannelore: “Mensen zien transgender meer dan ooit voorbijkomen op hun televisiescherm en in het nieuws. Dat is mooi, maar zolang er in je nabije omgeving niemand is die je erover vertelt, blijven mensen het een ingewikkeld onderwerp vinden, merk ik. Zeker in de minder stedelijke gebieden of bij oudere generaties stuit ik nog regelmatig op onbegrip en vragen. Dat vind ik bovendien niet érg. Zolang mensen niet veroordelend reageren, vind ik al die vragen niet verkeerd.”
Je bestaan voortdurend moeten toelichten klinkt anders wel behoorlijk vermoeiend.
“Maar als mensen het me wat vaker zouden làten uitleggen, zou ik al heel wat verkeerde ideeën uit de wereld kunnen helpen. Onbegrip is de grootste vijand waartegen we strijden. Wanneer mensen naar mij komen omdat ze met vragen zitten over hoe het is om als trans vrouw door het leven te gaan, ga ik altijd antwoorden.
Vaak willen mensen weten wanneer ik wist dat ik transgender was of hoe ik voor mijn transitie in mijn vel zat. Enkel wanneer het over de operaties gaat, zeg ik soms: 'Dat is privé'. Mensen hoeven niet per sé te weten wat er al dan niet tussen mijn benen hangt. Maar op andere vragen antwoord ik graag.”
Heb je erge trauma’s overgehouden aan de periode voor je transitie?
“Mensen gaan ervan uit dat mijn leven voor mijn transitie een tragedie was, maar dat is niet zo. Ik was ook als man best gelukkig, maar ik wist wél altijd dat ik eigenlijk een vrouw was. Ik heb er bijvoorbeeld weinig moeite mee om foto’s van vroeger terug te zien, terwijl veel trans mensen dat wel een kwelling vinden.
Ik was vierentwintig toen ik publiekelijk naar buiten kwam met mijn trans-zijn en vijfentwintig toen ik aan de transitie begon
Ik heb als man ook verschillende relaties gehad waarin ik telkens gelukkig was. Maar er was altijd wel die stem in mijn hoofd die zei dat er iets niet helemaal goed zat. Dat knagende gevoel kwam meestal in vlagen. Uiteindelijk was het ook de reden dàt die relaties stukliepen: ik had het altijd moeilijk met feit dat er iets was wat ik niet aan mijn partner vertelde.
Soms werd dat gevoel heel intens en dan merkte ik dat ik plots iets ingrijpends aan mezelf moest veranderen. Dan verplichtte ik mezelf bijvoorbeeld om op stap te gaan in vrouwenkleding. Ooit heb ik eens een navelpiercing laten zetten omdat ik dat vrouwelijk vond.” (lacht)
Wanneer kwam je dan uit de kast?
“Tot ik éénentwintig was, heb ik niemand wat verteld over die gevoelens. Ik was vierentwintig toen ik publiekelijk naar buiten kwam met mijn trans-zijn en vijfentwintig toen ik aan de transitie begon.”
Had je tijdens je jeugd rolmodellen die trans* waren om je wat grond onder je voeten te geven?
“De visibiliteit van trans personen is er de voorbije jaren enorm op vooruit gegaan. Nu heeft iederéén wel van de term gehoord. Iedereen weet dat er een verschil is tussen mannen die voor de show aan drag doen en mensen die van geslacht willen veranderen. Maar toen ik als puberende tiener en prille twintiger opgroeide in de Kempen, was het heel moeilijk om informatie te vinden over wat het betekende om transgender te zijn.
In het tweede seizoen van Big Brother zat een trans vrouw, maar daar werd toen vooral enorm mee gelachen. Pas toen het Transgender Infopunt werd opgericht, vond ik juiste informatie op het internet terug over het transgenderthema.”
Ik merk dat mensen sinds mijn transitie sneller naar mij komen om over hun emoties te praten, iets wat ik vroeger met mijn macho-uiterlijk misschien wat afblokte
Herinner je nog een moment waarop je dacht: nu ben ik ook voor de buitenwereld een vrouw?
“Het eerste moment waarop mensen je op straat als “mevrouw” aanspreken is heel bijzonder. Ik heb na mijn transitie ook een tijd een relatie met een lesbisch meisje gehad waardoor ik me erg vrouwelijk voelde.
De allereerste keer dat ik als vrouw naar buiten kwam, was in een parenclub in Nederland waar één keer per maand een transgenderavond werd georganiseerd. Ik was speciaal naar het buitenland gereden zodat ik zeker niemand zou tegenkomen. (lacht) Ik ben toen aan de toog beland naast een vrouw die vertelde dat ze daar vijftien jaar geleden ook voor het eerst in vrouwenkleding zat. Dat werd een heel mooi gesprek over de weg die je als trans persoon aflegt, de hindernissen die je overwint. Pas toen besefte ik: zo voel ik me ook!”
Hoe is je persoonlijkheid veranderd sinds je transitie?
“Ik merk dat mensen sinds mijn transitie sneller naar mij komen om over hun emoties te praten, iets wat ik vroeger met mijn macho-uiterlijk misschien wat afblokte. Nu vertellen mensen het me sneller wanneer ze problemen met hun vriend of met hun studies hebben. Ik denk dat ik vroeger ook zelf zoveel bezig was met het vormen van mijn eigen identiteit dat er geen mentale ruimte overbleef om met andermans problemen bezig te zijn. Doordat die maalstroom van gepieker verdwenen is, lukt dat nu wel. Dat vind ik heel aangenaam.”
Zijn er misverstanden over de transgenderthematiek waarmee je vaak in aanraking komt?
“Ik ben niet de meest vrouwelijke vrouw, en dat vinden mensen weleens verwarrend. Ik draag soms T-shirts en laat ook make-up vaak voor wat het is. Maar kijk eens rond je: welke vrouw draagt elke dag kleedjes of hoge hakken?
De voorbeelden die we in de media zien, helpen ook niet altijd mee om trans personen realistisch af te beelden. In Thuis zie je bijvoorbeeld hoe Kaat (vroeger Franky, red.) na haar transitie meteen een prachtige vrouw is. Logisch ook, want het personage wordt vertolkt door een biologische vrouw. Hoe jonger je begint met je transitie, hoe gemakkelijker het is om er later erg vrouwelijk uit te zien. Maar na je dertigste beginnen je botten zich toch wat te zetten, dan is het moeilijker.”
“Hokjes zijn niet het probleem, ze zijn veilig en geven mensen een kans om gelijken te vinden”, schreef je in een eerdere getuigenis voor ZIZO.
“Ja, ik ben dus niet tégen hokjes, maar ik vind wel dat we de negatieve ideeën die eraan vastgebonden zijn moeten laten varen. Die hokjes maken het bijvoorbeeld ook wel mogelijk om gelijkgezinden te vinden. En zonder zouden we naar een communistische samenleving evolueren, waarin er geen aandacht is voor het individu.
Ik weet dat het transgender-zijn voor altijd aan mij verbonden is. Maar wanneer iemand te horen krijgt dat ik transgender ben, weet je toch niet of ik lief ben, of ik goed ben in mijn job, of ik goed kan luisteren?
Er zijn veel trans personen waarnaar ik opkijk. Sam Bettens vind ik echt een mooi voorbeeld, net als Petra De Sutter. Omdat ze met hun trans*-zijn naar buiten komen, maar ook omdat ze tonen dat ze het label overstijgen, omdat ze ontzéttend goed zijn in wat ze doen.”
Die hele transitie heeft me ook wel sterker gemaakt. Daar ben ik dankbaar voor, ik sta stevig in mijn schoenen
Zijn er ook voordelen verbonden aan een leven als trans vrouw?
“Vroeger, toen ik nog Hans de heteroman was, vroegen mensen me regelmatig wanneer ik aan kinderen zou beginnen. Die vraag krijg ik nu gelukkig minder. (lacht) Door los te breken van het pad dat mensen voor je hebben uitgestippeld, kan je je leven plots op een compleet andere manier vormgeven.
Natuurlijk had mijn leven een pak gemakkelijker geweest als ik gewoon als biologische vrouw geboren was. Maar die hele transitie heeft me ook wel sterker gemaakt. Daar ben ik dankbaar voor, ik sta stevig in mijn schoenen.”
De transgemeenschap is de voorbije jaren meer in de actualiteit geweest. Heeft dat iets veranderd, denk je?
“Ik denk dat het veel mensen tot denken heeft gestemd, maar op een bepaald moment was het ook wel genoeg. Mensen weten nu dat het bestaat. De politiek is ermee aan de slag gegaan. Maar al die aandacht heeft ook een keerzijde: plots staan er Dries Van Langenhoves op om te roepen dat het de verkeerde kant uitgaat met onze samenleving. Dat vind ik een heel akelige evolutie.
Anderzijds voel ik ook wel aan dat het verhaal nog niet helemaal verteld is. Trans personen worden nu nog vaak gezien als mensen die van het ene geslacht naar het andere overstappen, terwijl het helemaal niet zo zwart-wit hoeft te zijn. Als je over alle nuances tussen mannelijk en vrouwelijk begint waar je als trans persoon óók binnen kan vallen, wordt toch nog gauw gedacht: “Waar komt dié nu mee af”. Dat vastgeroeste beeld wil ik in de komende jaren graag zien veranderen.”
Eigen verslaggeving